Home

15 juli  Het voorbijgaan van de Heer




Ca het jaar 400

Wat betekent eigenlijk het roepen tot Christus anders, dan door een goede inzet beantwoorden aan de genade van Christus? Dit zeg ik om te voorkomen dat wij wel luid met woorden instemmen, zonder met ons gedrag ermee overeen te stemmen. Wie is het dan die roept tot Christus, om bevrijd te worden van de innerlijke blindheid in het "voorbijgaan" van Christus, die ons immers in deze tijd de sacramenten ter beschikking stelt, die ons ertoe moeten brengen om ontvankelijk te worden voor het eeuwige? Wie is het dan die roept tot Christus? Roepen tot Christus doet hij die de wereld geringschat. Roepen tot Christus doet hij die het werelds genot verwerpt. Roepen tot Christus doet hij die niet met de mond maar met heel zijn leven zegt: "Voor mij is de wereld gekruisigd en ik voor de wereld". Roepen tot Christus doet hij "die met mildheid uitdeelt aan de armen". Want niet met dovemansoren luisteren naar 's Heren woord: "Verkoopt uw bezittingen en geeft aalmoezen: Verschaft u beurzen die niet verslijten", dát is in zekere zin als een blinde roepen, alsof hij de stappen van Jezus' voorbijgang hoort en zich aan zijn woorden houdt. Geen woorden maar daden. Hij moet een begin maken niet afstand te nemen van de "wereld", hij moet zijn goed uitdelen aan de arme en geringschatten waar de mens op uit is. Verder moet hij tegen beledigingen kunnen, niet zinnen op wraak, zijn wang vrijgeven aan wie slaat en bidden voor zijn vijanden. Als iemand hem zijn goed ontneemt, moet hij het niet terugeisen en als hij iemand iets heeft ontnomen, moet hij het viervoudig vergoeden. Als men dat in praktijk begint te brengen komen zijn bloed en aanverwanten en ook zijn vrienden in opstand. De minnaars van de wereld gaan er tegen in. Dat is te gek! Dat gaat te ver; zijn de anderen dan geen christenen? Dat is dwaasheid, dat is waanzin. De menigte heeft nog andere dergelijke uitlatingen, om de blinden het roepen te verhinderen. De menigte berispte de luid roependen, maar zij kon hun geroep niet te boven komen. Mochten zij die willen genezen worden, begrijpen wat zij moeten doen. Ook nu gaat Jezus voorbij: mochten allen die bezijden de weg staan, roepen. Mochten zij roepen en niet ophouden; roep ook gij zo hard, dat gij Jezus' oren bereikt; en Jezus zal blijven staan.